R&M 18 november 2016

Het antibioticumgebruik in de paardensector is laag in vergelijking met alle diersectoren, inclusief de mens. Het totale antibioticumgebruik in 2014 is met bijna een kwart (24%) gedaald ten opzichte van 2012. Tot deze conclusie komt de Autoriteit Diergeneesmiddelen (SDa) na onderzoek bij 24 dierenartsenpraktijken

Gebruik van zogeheten derde keuze middelen is in de paardensector de afgelopen twee jaar het sterkst gedaald (met 68%). ''Deze positieve ontwikkeling is mogelijk het gevolg van betere voorlichting, meer nascholing en het gebruik van richtlijnen omtrent antibioticumgebruik voor paardendierenartsen'', aldus de SDa.

 Uit deze studie kan geconcludeerd worden dat een paard in Nederland met een dierdagdosering (DDDA) van 0,562 in 2014 gemiddeld 1 keer in de 10 jaar een antibioticumkuur van 5,62 dagen krijgt toegediend. Ter vergelijking, de gemiddelde Nederlander (mens) wordt een kleine 5 dagen per jaar behandeld met antibiotica (ziekenhuisgebruik en eerstelijns zorg samen). Bij de gemonitorde diersoorten zoals varkens en runderen is de DDDA in 2014 ook veel hoger dan de DDDA voor paarden. Zo ligt het antibioticumgebruik bij melkkoeien en zoogkoeien op 2,3 DDDA.

 De onderzochte praktijken hebben in totaal 70.665 paarden in hun patiëntenbestand in 2014. Formeel stonden in Nederland in 2014 126.586 paarden geregistreerd bij het Centraal Bureau voor de Statistiek. Op grond van deze gegevens gaat het onderzoek over 55,8% van de paarden in Nederland. Het aantal paarden was echter vanuit andere bronnen in 2014 een stuk hoger. Zo houdt de Sectorraad Paarden een aantal van 450.000 paarden aan.

Bron; Levende Have